De nieuwe premier van Spanje is een symbool van oude politiek

Pedro Sánchez werd onverwacht, na een slimme motie van wantrouwen, de nieuwe premier van Spanje. De vraag is wel hoe lang hij dat kan blijven. Hij krijgt met zijn minderheidsregering een hele smalle machtsbasis.

Het was voor Pedro Sánchez (46) een moment van persoonlijke glorie toen hij op zaterdag 2 juni door koning Felipe VI werd beëdigd als nieuwe premier. Nog geen twee jaar geleden was hij na een interne crisis door zijn eigen partij als leider afgezet. De socialisten verweten hem destijds een halsstarrige houding ten opzichte van de conservatieve leider Mariano Rajoy, die hij hoe dan ook niet wilde steunen. Pas toen Sánchez noodgedwongen plaatsmaakte konden de conservatieven met een minderheidsregering aan een volgende termijn beginnen. Die eindigde op vrijdagochtend met een door Sánchez ingediende motie van wantrouwen.

Sánchez kwam sneller terug als het gezicht van de PSOE dan verwacht. De voormalige amateurbasketballer met het uiterlijk van een posterboy ging na zijn aftocht de strijd aan met de oude garde van zijn partij en won de interne machtsstrijd binnen het verdeelde PSOE. De geboren Madrileen keerde zeven maanden later als oppositieleider terug in het parlement waar slechts één onderwerp op de agenda leek te staan: de toekomst van het tot op het bot verdeelde Catalonië.

De politicus, die promoveerde op ‘de economische diplomatie van Spanje’, kon niets anders dan zij aan zij optrekken met rivaal Rajoy. Ze vormden samen een stevig blok tegen de Catalaanse separatisten, maar de gunst van de kiezer kwam er niet of nauwelijks mee terug. De PSOE is met 84 van de 350 zetels ver verwijderd van de machtspositie, die het na de transitie van dictatuur naar democratie in 1978 decennia lang had.

Geen vernieuwer

Sánchez werpt zich graag op als moderne socialist, maar een vernieuwer is hij allerminst. Voor een nieuwe generatie Spanjaarden staan de PP van Rajoy en de PSOE te veel symbool voor de oude verdeel-en-heers-politiek. De ene na de andere corruptie-affaire, waarbij leden van beide partijen betrokken zijn, versterkt dat beeld alleen nog maar. Jongeren geven hun steun steeds vaker aan nieuwe partijen als het liberale Ciudadanos en het links radicale Podemos. Zo wordt Spanje niet meer alleen scherp verdeeld door rechts en links, maar ook door jong en oud.

Sánchez kwam onverwachts met een meesterzet door met een motie van wantrouwen de tegenstanders van Rajoy met elkaar te verenigen. Daarbij maakte hij op sluwe wijze gebruik van de steeds grotere afkeer van de van fraude, corruptie en vriendjespolitiek doordrenkte regeringspartij. Nadat de rechter enkele kopstukken in een corruptie-affaire rondom de PP tot tientallen jaren cel veroordeelde, sloeg Sánchez toe. Aanvankelijk werd zelfs binnen zijn partij getwijfeld aan de haalbaarheid van zijn actie. Behalve van de PSOE kreeg hij onder anderen steun van het linksradicale Podemos en van linkse en rechtse Catalaanse en Baskische nationalisten. Een veel bonter politiek gezelschap is nauwelijks denkbaar.

De parlementariërs die vóór de motie van wantrouwen stemden, stemden daarmee ook voor Sánchez als nieuwe premier. Volgens de Spaanse grondwet mag de indiener van de motie een nieuwe regering vormen.

Wankele positie

Grote vraag is hoelang Sánchez daadwerkelijk politiek leider van Spanje zal zijn. Zijn positie lijkt nog veel wankeler dan die van Rajoy in het recente verleden was. In de meest recente peilingen staan de Spaanse socialisten er beroerd voor. Nu Sánchez onverwachts de kans krijgt om toch met PSOE het land te regeren, zal hij het uitschrijven van verkiezingen zolang mogelijk willen uitstellen. Daarbij staat hij voor de vrijwel onmogelijke opdracht vriend en vijand aan zich te binden.

Het is nu aan Sánchez een oplossing te vinden voor de Catalaanse crisis. De vergrijsde socialistische achterban van de PSOE verwacht dat hij hoe dan ook de eenheid van Spanje bewaart. De centrum-rechtse Catalaanse separatisten van de PDeCat dringen onder leiding van de nieuwe regiopresident Quim Torra juist aan op dialoog over onafhankelijkheid.

Sánchez zal vrijwel onmogelijke bruggen moeten slaan om zijn moment van glorie vast te houden.

Bron: NRC Koen Greven
Foto: Público

  • Website gerealiseerd door TwinDigital