ZOMAAR EEN DAG IN MADRID

De Spaanse hoofdstad Madrid is een genot om een paar dagen als toerist in door te brengen.
Nog beter is het om er te wonen: een ontspannen stad waar altijd wat is te doen, van lekker
eten tot theater of film.
TEKST | JURRIAAN VAN EERTEN

Wat je nu leest, moet tussen ons blijven. Het liefste zou ik dit zelfs helemaal voor mezelf houden,
maar ik heb nu eenmaal beloofd een tipje van de sluier te lichten over het goede leven in Madrid,
verwijderd van de drommen toeristen die dagelijks van Plaza Mayor naar Puerta del Sol sjokken,
om vervolgens een paar foto’s te schieten bij het Palacio Real. Natuurlijk zijn die plekken óók
indrukwekkend, natuurlijk zijn die pleinen en historische gebouwen waardevol. Maar het gaat me
er hier om dat Madrid meer is dan dat centrum van krioelstraten dat je in ieder toeristisch handboek
wel kan vinden.

Een aangename dag in Madrid begint en eindigt voor mij rondom de rivier de Manzanares. Misschien
ben ik ietwat bevooroordeeld, want ik woon zelf aan deze rivier: ‘s ochtends kijk ik er vanaf mijn
balkon met een kop koffie op uit, het is het eerste dat ik van de Spaanse hoofdstad zie zodra mijn dag
begint. Maar daardoor ben ik ook gaan beseffen dat dit de ware levensader is van Madrid. Niet voor
niets is de stad hiernaar vernoemd. De naam Madrid is ontstaan vanuit het Arabische magrīţ, een
samenvoeging waarin het woord voor een(ondergronds) kanaal, magra, zit verwerkt.

Veel lijkt de Manzanares op het eerste oog niet om het lijf te hebben. Op warme dagen is het een
stroompje dat in een diepe bedding tussen bomen en struiken laveert. Maar dat er maar weinig water
in de rivier zit, maakt hem niet minder aangenaam om naar te kijken. Met een beetje geluk zie je
een zilverreiger of een rivierschildpad, en als je een terrasje uitzoekt bij bijvoorbeeld
de Puente de Segovia, heb je tijdens een ontbijt van tostada de jamón ook nog eens uitzicht op die
statige toeristische trekpleister: het Palacio Real.

Dit is niet altijd zo geweest. Wie al voor 2007 in Madrid kwam, zal zich allicht de verschrikking die de
autoweg M-30 was nog herinneren: banen en banen asfalt van de ring die de stad omcirkelden, als
afscheiding tussen alles dat mooi en historisch was in het centrum, en wat de periferie was daar
buiten. Een enorm project waarbij het verkeer via tunnels wordt geleid, heeft ruimte gemaakt voor
het Parque Río, waar ook nog een stukje Nederlandse trots bij kwam kijken. Het Rotterdamse
architectenbureau West 8 zit achter het slingerende ontwerp van groen dat steeds geliefder wordt
bij Madrilenen: om te hardlopen, te fietsen of simpelweg even ver te zijn van de drukte. En precies
dat maakt de rivier nu zo’n aangename plek om de dag te beginnen.

De ware liefde voor Madrid groeit kalm maar gestaag. Dit is geen Barcelona met indrukwekkende
Gaudí-bouwwerken of een Sevilla met dat uitgestrekte centrum vol restaurants waar je in een koets
doorheen gereden kan worden. Dit is geen stad zo volgepropt met toeristische highlights dat je mond
gelijk openvalt, en misschien daarom is dit de meest aangename onder Spaanse steden – want het is
ook niet onleefbaar door drommen massatoerisme. Zelfs het centrum is nog prima te doen, ondanks
de souvenirshops en toeristen. In mijn jaren in Madrid ben ik nog niemand tegengekomen die hier
woonde en het niets vond.

Het hele artikel lees je in de lente-editie van Por Favor. Bestel ‘m hier!

  • Website gerealiseerd door Daily Creative Agency